Go to content Go to navigation Go to search

Frankrijk · Mar 8, 07:35 PM by Ad van den Ende

Tekst in voorbereiding

NEOCLASSICISME, ROMANTICISME EN REALISME IN FRANKRIJK

Eugène Delacroix (1798‑1863) 

Liggende leeuw, met een haas tussen zijn poten
1851
De lijnen van Delacroix waren niet bedoeld om de juiste vorm te verkennen, maar om de beweging tot uitdrukking te brengen. Ze zijn ook een uitdrukking van de passie van de tekenaar.
Voor Delacroix was de schets van het eerste idee het moment van inspiratie, waar alles van afhing. “Hij bevat alles!” zei hij.
Hij bestudeerde leeuwen in de Jardin des Plantes in Parijs, en tekende de Jachtscènes van Rubens, die hij van prenten kende, heel vaak na. Hj was een groot bewonderaar van Rubens.
Delacroix had een verzameling van 2000 prenten; sommige daarvan tekende hij elke dag na.

Oosterse ruiter met schild en sabel
1820v
Delacroix copiëerde deze tekening van een ets naar Rubens’ schilderij Leeuw en Tijger jacht.
Leeuw en Tijger jacht

Het was het doel van Delacroix de heftigheid en passie van jager en paard tot uitdrukking te brengen. Met sterke arceringen creëerde hij lichte en donkere gebieden. Heel ongebruikelijk arceerde hij lijnen onder verschillende hoeken.

Az Meknes: landschap, deuren, Arabische en Joodse figuren
1832
In 1832 bezocht hij Marokko en Algerije gedurende zes maanden. Hij wandelde er vrij rond in de steden Tanger en Meknes. Hij was uiterst verbaasd over de architectuur, mensen, klederdrachten, kleur en licht van een Orient waarover hij alleen gelezen en gedroomd had. Heen-en-weergaand tussen beelden en woorden voelt de toeschouwer iets van de opwinding die hij gevoeld moet hebben.

Studie van een naakte vrouw die achterover valt
1827
Dit was een voorbereiding op Delacroix’schilderij
De dood van Sardanapalus
In de tekening streefde Delacroix naar tegenstellingen tussen licht en donker, en naar warme en koele kleurcontrasten; een techniek die hij wellicht van Rubens heeft overgenomen.

Studies voor de Salon du Roi in het Palais Bourbon
1833-38
In het jaar dat hij terugkeerde van Noord-Afrika gaf de Franse regering hem opdracht muurschilderingen te maken boven de ramen en deuren en op het plafond van de Salon du Roi in het Palais Bourbon. De 25 jaren daarna werkte hij aan decoraties in regeringsgebouwen en kerken. Daar maakte hij honderden tekeningen voor, meestal met de pen, soms met pen en was. In ‘Studies voor de Salon du Roi’ experimenteerde hij met figuren voor een pendentief en gedeelte van een fries die gerechtigheid symboliseerden.

Camille Corot (1796-1875) 

Bos-interieur met keien
1826
Op zijn eerste reis naar Italië, in 1826, tekende Corot dit riviergezicht van de Tiber. Zijn eerste leraar, Achille-Etna Michallon, had hem aangeraden rechtstreeks naar de natuur te tekenen, en dat heel nauwkeurig te doen.
In deze vroege jaren tekende hij gewoonlijk met een hard en scherp grafiet potlood; daarmee kon hij iedere boomtak en rotsblok nauwkeurig tekenen.

Zittende jonge vrouw, met haar armen gekruist
1830v
Dit is een goed voorbeeld van zijn bekwaamheid om karakter en stemming weer te geven aan de individuen die hij tekent.
Het meisje is in gedachten verzonken; zij keert zich af van het licht; haar gezicht is in het halfdonker. Zij leunt op haar gevouwen armen: zij sluit ons buiten.

Rond 1850 veranderde Corot zijn tekenstijl. In plaats van met grafiet ging hij met houtskool tekenen. Hij maakte nu mysterieuze en visionaire tekeningen. Dat zien we in
Orfeus, of hymne tot de zon
1865
Voor houtskooltekeningen koos Corot meestal grijs, beige of bruin gekleurd papier. Hij maakte brede houtskoolstreken en doezelde de meeste er van om de fluwelen grijzen en zwarten te krijgen die de sfeer bepaalden.

Honoré Daumier (1808‑1879)

De soep
ca. 1853-57
Daumier tekende twintig jaar met een steendrukkers potlood rechtstreeks op steen; daardoor leerde hij snel en spontaan te tekenen. Hij kreeg oog voor de wereld om hem heen. Hij merkte op dat het zachte, grijze litho-potlood “zijn gedachten volgde”.
We zien man en vrouw aan een eenvoudige maaltijd; de figuren zijn even monumentaal als die van Rubens.

Op een gegeven ogenblik gong Daumier over naar een andere tekenstijl. Hij ging tekenen met onregelmatige, kronkelige lijnen die de vormen niet vastlegden, zoals we zien in
Straatshow
Rond 1865

In tegenstelling met de regelmatige lijnen van de stoel suggereren de wervelende lijnen van de clown zijn bewegingen als hij zijn armen in de lucht heen en weer zwaait.

Man, lezend in een tuin
ca. 1865-70
Daumier had er soms moeite mee om zijn krachtige tekeningen om te zetten in schilderijen. Door het gebruik van was en waterverf slaagde hij er in zijn tekeningen een fraai gekleurd oppervlak te geven.

Jean-François Millet (1814-1875)

Millet begon met het tekenen en schilderen van portretten, daarna tekende en schilderde hij vrouwelijke naakten. In 1849 verhuisde hij naar Barbizon, een boerengehucht, veertig kilometer ten zuiden van Parijs, en begon hij arme boeren en boerinnen te tekenen en schilderen die aan het werk waren. Dat zou vanaf toen zijn doel worden. In zijn jeugd had hij gewerkt op de boerderij van zijn ouders. 

Rustende oogsters

Ter voorbereiding van zijn schilderijen maakte hij meer dan 1500 tekeningen.
ca. 1852-53 Voor het schilderij ‘Rustende oogsters’ alleen maakte hij 50 tekeningen. Hij tekende graag sterke contoeren.

Houthakker
ca. 1853-54

De houthakker hakt takken weg, zodat hij van de overblijvende takken gemakkelijker een bundel kan maken.

Winter avond
ca. 1876

Deze tekening maakte veel indruk op Degas, Cézanne, Seurat, en Van Gogh. Veel kunstenaars gaven de voorkeur aan zijn tekeningen boven zijn schilderijen.

De impressionisten

Eugène Boudin (1824-1898)   

Op het strand
1863

Claude Monet (1840-1926)

De haven van Aval, gezien vanaf het rotspad
ca. 1885

Breed landschap
ca. 1864-66

Edgar Degas (1834‑1917)

Studie voor de dansschool
ca. 1878-79

Therèse de Gas
ca. 1855-56

Vier studies van een jockey
1866

Meisje dat oefent aan de barre
ca. 1878-80

Na het bad, meisje dat haar voeten afdroogt
ca. 1900-05

Camille Pissarro (1830-1903) 

Bebost landschap op St. Thomas
1854-55

Studie van een boom
ca. 1860-65

Studie van Laag-Norwood, Londen
1870-71

Aren lezende boerinnen
1874-75

Studie van een vrouw die onkruid wiedt
1882

Drie studies van een vrouw die zich aankleedt
ca. 1895-1900

Het post-impressionisme

Georges Seurat (1859 – 1891)

Drummer
1881

Man die op een vloerkleed ligt
1880-81

Zittende vrouw met parasol
1884-85

Odilon Redon (1840-1916)

Landschap
1868

Ballon
1878

Cell
1880v

Bloemen in een groene vaas

Paul Cézanne (1839-1906)

Het eeuwig vrouwelijke
late 1860v

Zelfportret en portret van zoon Paul
ca 1880

Gezicht op huizen in l’Estaque
1882-85

Bader
Vroege jaren 1890v

Vier baadsters
Vroege jaren 1890v

Milo van Crotona
1870-90

Pistachio boom op het zwarte kasteel
Ca. 1900

Op dit artikel kan niet gereageerd worden.