Go to content Go to navigation Go to search

De invloed van Spranger · Mar 9, 05:52 PM by Ad van den Ende

Venus en Adonis

Een werk van Bartholomeus Spranger, ca 1585 – 1590

Venus, de godin van de liefde, wil haar minnaar Adonis niet op jacht laten gaan. Ze is bang dat hem iets zal overkomen. Haar angst komt uit: een everzwijn doodt Adonis. De lange slanke figuren met kleine hoofden zijn kenmerkend voor Sprangers elegante maniëristische stijl. Het landschap is merkwaardig ouderwets: het is gekopieerd naar een vroeg-16de-eeuws schilderij. (Tekst Rijksmuseum)

Bruiloft van Cupido en Psyche

Spranger

De bruiloft van Cupido en Psyche

Hendrick Goltzius 1587

´De bruiloft van Cupido en Psyche is de uitkomst van een van de subliemste samenwerkingen tussen een ontwerper en een graveur in de geschiedenis van de prentkunst. (…) Goltzius (…) ontwikkelde een graveerstijl die zich in virtuositeit en complexiteit met Sprangers compositie kon meten. In die zin was de spectaculaire tekening van Spranger een belangrijke katalysator in de ontwikkeling van Goltzius, die met het graveren ervan begon aan een nieuwe en krachtige stilistische periode. (…)
Terecht is dit werk wel het manifest van het maniërisme genoemd. De compositie omvat het complete spectrum van Sprangers figuurtypen, van vrouwen in gedraaide, overdreven poses tot de zwaar gespierde, heroïsche mannen die door Goltzius en zijn tijdgenoten zo gretig werden nagevolgd.’ (Nadine M. Orenstein)

Calpurnius

Vertaling van de Latijnse tekst in de marge:
‘Nadat Atilius door de moedige Calpurnius uit een gevaarlijke streek was gered, behaalde hij als vrij man een vreugdevolle zege. Dit is de hoogste lof die mannen kunnen krijgen, hiermee verdienen ze hemelhoge roem: de ondergang van het vaderland te voorkomen door hun eigen ondergang.’

De serie ‘Romeinse helden’ uit 1586 had Goltzius opgedragen aan keizer Rudolf II in Praag. Rudolf werd voorgesteld als een nazaat van de oude Romeinen, en dus als een terechte keizer van het Heilige Roomse Rijk.

‘In de loop van de jaren tachtig van de zestiende eeuw ontwikkelde Hendrick Goltzius een stijl van graveren en een figuurideaal waar de beeldende kunst van zijn tijd verregaand door zou worden beïnvloed. Er waren leerlingen en navolgers tot ver buiten de landsgrenzen die trachtten zich het zwellen der lijnen eigen te maken en die zijn zeer effectvolle arceerwoijze imiteerden’. (Nederlandse kunst 1400 -1600 p. 217)

Apollo

´Met vlammende haardos schrijdt de zonnegod Apollo voort over een kolkende wolkenmassa. Op de achtergrond raast hij in zijn wagen door het wolkendecor. De Apollo is een van de sterkste voorbeelden van Goltzius´eigen inventies in de stijl van Spranger. Het hele tafereel is een staalkaart van ronde vormen ….’ (Nadine M. Orenstein)

Rond zijn dertigste was Goltzius een volleerd kunstenaar. In 1587 tekende hij de Vaandeldrager. Dit was een hoogstandje op het gebied van stofuitdrukking. Een jaar later tekenden hij Apollo. Hier staat de uitdrukking van geïdealiseerde anatomie centraal.

Mars en Venus

Venus, de vrouw van Vulcanus, pleegt overspel met Mars. Op de achtergrond raast Apollo over de wolken. Hij ziet het, en gaat het aan de andere goden vertellen.
In deze jaren verandert de graveerstijl van Goltzius. Hij maakt met zijn burijn bredere lijnen. De lijnrasters volgen nu de vormen van de lichamen en geven ze een grotere ruimtelijkheid.

Icarus

Icarus en zijn vader Daedalus worden door koning Minos gevangen gehouden op het eiland Kreta, Daedalus bedenkt een list om te ontsnappen: hij bouwt vleugels van een houten raamwerk, bezet met veren vastgezet met was. Omdat de was kan smelten, waarschuwt Daedalus Icarus om niet te hoog en te dicht bij de zon te vliegen. In zijn enthousiasme wordt Icarus echter roekeloos; hij vliegt te hoog zodat de was toch smelt en hij neerstort in de Egeïsche Zee.

Pluto

Pluto, de god van de onderwereld, werd verliefd op de beeldschone Proserpina, de dochter van de godin van de aarde Ceres. Pluto ontvoerde haar naar de onderwereld en maakte haar tot zijn vrouw. Uit wanhoop over het lot van haar dochter liet Ceres de aarde vruchteloos worden. Jupiter stuurde de god Mercurius naar Pluto met het bevel Proserpina naar haar moeder terug te sturen. Pluto gehoorzaamde, maar haalde wel een list uit: voordat Proserpina mocht vertrekken, liet Pluto haar zes zaden van een granaatappel uit de onderwereld eten. Hierdoor werd Proserpina voor zes maanden van ieder jaar gebonden aan Pluto en moest zij tot in de eeuwigheid ieder half jaar met hem doorbrengen in de onderwereld. In deze tijd rouwt Ceres in haar eenzaamheid en laat zij de aarde afkoelen (eerst in de herfst, daarna in de winter).

Hier zien we Pluto op de rug; hij kijkt uit over zijn rijk.

Grote Hercules

Hij was een Griekse mythische held, en werd beroemd om de twaalf moeilijke werken die hij uitvoerde in opdracht van koning Eurystheus. Hercules kon door de combinatie van enorme kracht en een flinke dosis slimheid machtige daden verrichten.

‘Deze bijzondere gravure belichaamt het zelfbewustzijn van Goltzius’ werk aan het einde van de jaren 80. De diep gesneden, zwellende en dan weer spits toelopende lijnen getuigen van bravoure. (…) De gravure toont een triomfantelijk voortschrijdende Hercules. Achter hem zijn twee van zijn werken zichtbaar: links zijn worsteling met de riviergod Achiloüs in de gedaante van een stier, en rechts zijn gevecht met de reus Antaeus.’ (Nadine M. Orenstein)

Midas

Midas was een legendarische koning van Frygië.
Hij was een groot vereerder van Pan. Maar door de zijde van Pan te kiezen, beledigde hij Apollo, de god van de muziek.
Pan had er plezier in om eenvoudige deuntjes op zijn rietfluit te spelen. Hij daagde Apollo uit tot een wedstrijd, waarbij de berggod Tmolos een oordeel moest geven. Tmolos verkleedde zichzelf als rechter, een krans van eikeloof op zijn haar, en trosjes eikels hangend langs zijn gezicht, en luisterde naar de muziek. Pan begon; daarna pakte Apollon zijn lier. Tmolos gaf de prijs aan Apollo. Midas protesteerde en zei dat hij Pan beter vond.
Op dat moment kon Apollo zijn boosheid niet meer beheersen en zei: “Als je je oren op deze manier gebruikt, ben je het niet waard de oren van een mens te hebben”. Hij gaf Midas ezelsoren.

Rechts zien we Midas met ezelsoren; links naast hem zit de berggod Tmolos.

Op dit artikel kan niet gereageerd worden.