Go to content Go to navigation Go to search

De oude man en de Dood · Oct 31, 05:03 PM by Ad van den Ende

Γέρων ποτὲ ξύλα κόψας [καὶ] ταῦτα φέρων πολλὴν ὁδὸν ἐβάδιζε.
Een oude man die eens hout gekapt had en dat droeg legde een lange weg af.
Διὰ δὲ τὸν κόπον τῆς ὁδοῦ ἀποθέμενος τὸ φορτίον
Vanwege de afmatting van de (afgelegde) weg legde hij zijn vracht neer
τὸν Θάνατον ἐπεκαλεῖτο.
(en) riep de dood.

Τοῦ δὲ Θανάτου φανέντος καὶ πυθομένου,
Toen de dood verscheen en vroeg
δι᾿ ἣν αἰτίαν παρακαλεῖται, ὁ γέρων ἔφη·
waarom hij werd geroepen, zei de oude man:
«ἵνα τὸ φορτίον ἄρηις.» [θανεῖν δὲ οὐ θέλω.]
‘Opdat je mijn last overneemt.’ [Maar sterven wil ik niet.]

Ὁ λόγος δηλοῖ, ὅτι πᾶς ἄνθρωπος φιλόζωος ἐν τῶι βίωι,
De fabel leert dat elk mens gehecht (is) aan het leven,
κἂν δυστυχῆι.
ook in (zijn) ongeluk.

Volgende
Terug

Op dit artikel kan niet gereageerd worden.