Titiiaan en Rafaël · May 1, 08:27 PM by Ad van den Ende
Titiaan (ca. 1487/ 90 – 1576)
De jonge Titiaan
Titiaan was de grootste schilder van de Venetiaanse school. Vermoedelijk was hij eerst leerling van Gentile Bellini en later van diens broer Giovanni; hij lijkt ook sterk beïnvloed te zijn door Giorgione (circa 1477-1510).
Vasari beschreef Giorgione als een romanticus en beschouwde hem als een van de voortrekkers van de ‘moderne’ kunst.
In dit schilderij van Giorgione zijn landschap en stemming de belangrijkste onderwerpen. Dit was revolutionair. Het had grote invloed op het werk van Titiaan.
Titiaan liet soms zijn dochter Lavinia model staan. Dat zien we in
Lavinia met een fruitschaal .
In een variatie op dit werk verschijnt ze in dezelfde houding, maar dan als Herodes’ dochter Salomé, met het hoofd van Johannes de Doper op de schaal.
Titiaan liet een enorme hoeveelheid werk na. Hij blonk uit in bijna elk genre. Tot zijn meesterwerken behoren portretten, religieuze onderwerpen en erotische werken uit de mythologie.
Salomé met hoofd van Johannes de Doper
Op de bruiloft van Herodes heeft Salomé zo mooi gedanst dat zij een wens mag doen. Op aanraden van haar moeder vraagt zij het hoofd van Johannes de Doper. Deze had geprotesteerd tegen het onwettige huwelijk van Herodes met Salomé’s moeder.
Noli me tangere (1508)
De evangelist Johannes vertelt dat Maria Magdalena op de tweede dag na de kruisiging wenend bij de graftombe staat als zij ontdekt dat deze leeg is. Wanneer zij zich omdraait ziet zij Jezus, maar zij denkt dat het de tuinman is. Dan roept Jezus haar bij haar naam: “Maria!”, en herkent zij Jezus. Zij wil hem aanraken, maar Jezus vraagt haar dat niet te doen (“Noli me tangere : Raak me niet aan, alsjeblieft.”) Hij trekt zijn gewaad terug uit de handen van Maria.
Portret van een man (ca. 1508 – 1512)Het kan zijn dat dit een portret is van de dichter Ariosto, maar het kan ook een zelfportret zijn. De geportretteerde kijkt heel zelfverzekerd. Het lijkt of de blauwe mouw uit het schilderij naar voren steekt.
Heilige en Aardse Liefde (ca. 1514 – 1515)
De betekenis van dit schilderij is onzeker. In de achttiende eeuw dacht men dat het een voorstelling was van de hemelse liefde links, en de aardse liefde rechts. Twee figuren zijn zeker: de vrouw rechts is Venus, het jongetje met zijn hand in het water is Cupido.
Titiaan schilderde dit werk voor Nicolo Aurelio, secretaris van de Raad van Tien in Venetië. De vrouw links zit wellicht bij de Venusfontein te mijmeren over de aard van de liefde.
De Hemelvaart van Maria (ca. 1516 – 1518)
Op dit altaarstuk zien we Maria in een gouden aureool van licht opstijgen naar de hemel, terwijl de apostelen haar verbijsterd nakijken. Het rood van de gewaden van de apostelen komt terug in het karmozijnrood van Maria’s gewaad, en in de mantel van God boven haar. Dit geeft de hele compositie een opwaartse tendens.
Flora (ca. 1520)
Flora was de Romeinse godin van de lente en de bloemen.
Dit portret vertegenwoordigt hetzelfde schoonheidsideaal als de twee vrouwen in ‘Heilige en Aardse Liefde’.
Bacchus en Ariadne ca. 1520 – 1523
Ariadne, de dochter van koning Minos op Kreta, is verlaten door haar minnaar, de Atheense koningszoon Theseus. Zij heeft, met haar draad, Theseus geholpen uit het labyrint te komen nadat hij de Minotaurus heeft gedood. Hier ontmoet de eenzame Ariadne de wijngod Bachhus en diens brassende gevolg.
Dit was een schilderij voor Alfonso d’Este. Deze had een kleine dierentuin met twee jachtluipaarden. Die zien we hier tussen Bacchus en Ariadne.
Maria Magdalena (ca. 1535)
Deze sensuele kijk op een stichtelijk onderwerp werd door Titiaans atelier gekopieerd en aan de lopende band geproduceerd.
De jonge Engelsman (ca. 1540 – 1545)
Titiaan had de reputatie dat hij de beste portretschilder van Europa was. Dit portret is een van zijn indringendste karakterstudies.
Het door een zonsondergang gedramatiseerde landschap verraadt de hand van Titiaan. Het ritme verbindt de ene figuur met de andere; daardoor voelt de toeschouwer zich meer bij de gebeurtenis betrokken.
In 1514 ging Titiaan voor de hoven werken.
In de jaren 1530 werkte hij ook voor het hof in Urbino, waar hij onder meer het naakt ‘Venus van Urbino’ maakte.
Venus van Urbino (ca. 1538)
Dit schilderij is nooit in Urbino geweest, en het stelt ook niet de godin van de liefde voor. Het is waarschijnlijk gewoon een afbeelding van een mooie vrouw. “Ze staart kalm en verleidelijk naar de toeschouwer, in een stemming van gedeelde intimiteit.” (Meesters)
De oudere Titiaan
Paus Paulus III (1548)
De paus met zijn neven Alexander en Octavianus. Men heeft dit wel – en terecht – een ‘document humain’ genoemd.
In 1532 kwam Titiaan in contact met keizer Karel V, die Titiaan in de adelstand verhief en tot hofschilder benoemde.
Portret van Karel V (1548)
Dit schilderij werpt licht op de eenzaamheid van de machtigste man van Europa.
Karel V te paard . (ca. 1548)Dit is een portret van Karel V ter ere van zijn beroemde overwinning in de slag bij Mühlberg. Het
mooie landschap op de achtergrond maakt duidelijk waarom Titiaan werd geprezen om zijn vaardigheid om de natuur weer te geven.
In 1545-46 bezocht Titiaan Rome, wat hem inspireerde tot mythologisch werk als ‘Danaë’ en de ‘Ontvoering van Europa’.
Danaë (ca 1553 – 54)
Jupiter tracht de mooie Danaë te verleiden door een regen van goud.
De ontvoering van Europa (1559 – 62)
De onverzadigbare Zeus, in de gedaante van een stier, ontvoert de mooie Europa. Vanaf het strand kijken haar vriendinnen hulpeloos toe. Een gevleugeld kind ( “Putto” ) achtervolgt het stel, zittend op een vis.
Zelfportret (Vóór 1570)
Waarschijnlijk is dit Titiaans laatste zelfportret. Het licht-donker loopt vooruit op de schilderstijl van Rembrandt.
Het is gemaakt circa 1575. Het schilderij is in een Maniëristische schilderstijl en beeldt Maria uit met het dode lichaam van Jezus. Ook zien we Nicodemus en Maria Magdalena.
Tarquinius Superbus en Lucretia
Tarquinius Superbus werd vooral berucht door zijn verkrachting van Lucretia, de vrouw van Lucius Tarquinius Collatinus, na een nachtelijke discussie rond het haardvuur. Vandaar de donkere achtergrond.
In Rome ontmoette Titiaan Michelangelo. Deze bewonderde het werk van Titiaan, maar hij vond het jammer dat Titiaan bij het schilderen niet van een tekening uitging. Michelangelo deed dat wel; Titiaan ging uit van kleur.
Titiaan was een perfectionist, die vaak een schilderij maandenlang niet aanraakte, waarna hij het opnieuw zeer kritisch bekeek en dingen die hem niet aanstonden zorgvuldig verbeterde.
Toen Titiaan op bijna negentigjarige leeftijd stierf was hij een van de beroemdste kunstenaars van Europa.
Rafaël (1483-1520)
Rafaël leerde de eerste schilder-vaardigheden van zijn vader, de schilder Giovanni Santi. Op zeventienjarige leeftijd ging Rafaël in de leer bij Pietro Perugino, destijds een van de belangrijkste schilders van Italië.
Overhandiging van de sleutels van het hemelrijk
De sleutels van het hemelrijk worden aan Petrus overhandigd. Een schilderij van Pietro Perugino.
In het begin was de invloed van de Perugino-school zeer groot. Dit is duidelijk te zien in Rafaëls eerste belangrijk werk ‘De verloving van Maria ’ uit 1504. De achtergrond en het menselijke schoonheidsideaal lijken afkomstig van Perugino.
De verloving van Maria (1504)
Hier laat Rafaël zien dat hij zeer veel geleerd heeft van Perugino, en hem, met zijn heldere compositie en gevoelige stijl, al vroeg is voorbijgestreefd. De staf van Jozef gaat bloeien; dat is het teken dat God hem voorbestemd heeft om de man van Maria te worden. Rechts breekt een afgewezen minnaar zijn staf.
Portret van Baldassare Castglione
Baldassare Castglione was de schrijver van ‘De Hoveling’, over het ideaal van de perfecte hoveling.
Dit boek beschreef diens ideale kwaliteiten. “Rafaëls werken lijken met hun rust en evenwicht dezelfde hoofse idealen uit te dragen.” (Meesters)
Toen hij 21 was ging Rafaël naar Florence. De kunst van Leonardo en Michelangelo hadden grote invloed op hem. Van Da Vinci nam hij bijvoorbeeld versluiering door sfumata over.
In zijn Florentijnse periode schilderde hij hoofdzakelijk Madonna’s.
Deze Madonna toont aan hoe vaardig Rafaël is in een tondo of cirkelvorm.
De Madonna del Granduca (ca. 1506)
Rafaël plaatste Maria en kind tegen een zeer donkere achtergrond. Zo schiep hij een van zijn eenvoudigste en meest gedenkwaardige afbeeldingen.
Portret van Agnoli Doni (ca. 1506)
Agnolo Doni was gierig, maar gaf wel geld uit aan schilderijen en beelden. Maar ook hier probeerde hij te besparen wat hij kon. Rafaël heeft zijn gierige instelling hier mooi weergegeven.
Madonna met de distelvink (1507)
De distelvink zou een doorn uit het hoofd van de lijdende Christus hebben getrokken, en daarbij bespat zijn met een druppel bloed. Zo zou hij aan zijn karakteristieke rode vlak zijn gekomen.
De graflegging (1507)
Rafaël had hier uitzonderlijk veel tekeningen voor gemaakt, maar desondanks is het hem niet gelukt eenheid in de compositie te brengen. Dat zou hem later wel lukken. Over de schoonheid van de figuren en het landschap is iedereen het wel eens.
In 1508 ontbood paus Julius II Rafaël naar Rome. Daar schilderde hij fresco’s in het Vaticaanse paleis.
In het Vaticaanse paleis beschilderde Rafaël de plafonds en de muurvlakken van een aantal pauselijke zalen (stanze).
De Stanza della Segnatura werd tussen 1509 en 1511 als eerste van fresco’s voorzien. De onderwerpen hebben betrekking op de aanvankelijke bestemming van de ruimte als bibliotheek. Theologie, filosofie, het recht en de kunsten staan centraal; deze werden beschouwd als de disciplines van humanistische geleerdheid.
School van Athene (1509 – 11)
School van Athene (detail)
Dit is een van de belangrijkste werken van de Renaissance. In het midden zien we Plato en Aristoteles met elkaar in gesprek. Dit werk symboliseert de zoektocht naar de waarheid.
De rust in de fresco’s van de Stanza della Segnatura vormt een groot contrast met de dramatisch expressieve fresco’s in aangrenzende vertrekken. Onder invloed van Michelangelo’s plafondschilderingen in de Sixtijnse kapel werden Rafaëls figuren krachtiger en volumineuzer.
De Sixtijnse Madonna (ca. 1513)
Dit is Rafaëls origineelste Madonna-met-kind-schilderij. Links zien we de heilige Sixtus met de gelaatstrekken van Paus Julius II; rechts is de heilige Barbara afgebeeld. Tussen hen in zweven de Maagd en het kind. Onderin kijken putti’s verbaasd toe.
Na Bramante’s dood in 1514 belaste Paus Leo X Rafaël met de leiding over de bouw van de Sint-Pieter. In 1515 werd hij bovendien ‘hoofdintendant van de straten van Rome’. Deze functie hield zowel verantwoordelijkheid in voor de aanleg van de stad als het toezicht op de opgravingen en metingen van ruïnes.
Vanwege deze vele werkzaamheden moest Rafaël veel leerlingen en assistenten aannemen. In de loop van de tijd liet hij de uitvoering van zijn ontwerpen steeds meer aan assistenten over.
Van de Transfiguratie was echter relatief veel door hem zelf geschilderd.
Dit is Rafaëls laatste grote werk. Het was nog niet klaar toen hij stierf. Zijn medewerkers hebben het afgemaakt.
Rafaël spaarde hier geen moeite om te bereiken wat Vasari de ‘ultieme perfectie’ noemde.
Bovenaan zweeft Christus tussen Mozes en Elia. Drie apostelen zijn daarvan getuige.
Onder brengen mensen een door de duivel bezeten jongen naar de discipelen voor genezing.
Rafaël wordt beschouwd als één van de drie grootste schilders van de Hoge Renaissance. Hij heeft naturalisme overeen weten te brengen met evenwicht en symmetrie.
Op dit artikel kan niet gereageerd worden.