Go to content Go to navigation Go to search

Michelangelo · May 10, 11:14 AM by Ad van den Ende

Michelangelo (1475 – 1564 )

De vader van Michelangelo, Lodovico, stamde af van een welvarende koopmansfamilie uit Florence.

Florence rond 1500 door Francesco di Lorenzo Rosselli.

Als kind werd Michelangelo aan een min toevertrouwd. Omdat de min de vrouw van een steenhouwer was werd Michelangelo al heel jong vertrouwd met het steenhouwen
Michelangelo was zes jaar oud toen zijn moeder stierf.

Michelangelo had als jongetje maar weinig belangstelling voor school; hij bracht zijn tijd liever door met tekenen. Zijn uitzonderlijke talenten bleken reeds op jonge leeftijd.
Zijn vader had weinig begrip voor de plannen van zijn zoon. De sociale status van het kunstenaarsberoep was niet hoog. Toch zette Michelangelo zijn plannen door. Op zestienjarige leeftijd ging hij in de leer bij de schilder Domenico Ghirlandaio. Een jaar later ging hij studeren bij de beeldhouwer Bertoldo di Giovanni, voormalig pupil van Donatello.

Van zijn 20e tot zijn 22e stond hij onder bescherming van Lorenzo de Medici (beeld van Andrea del Verrocchio), genaamd Il Magnifico (de prachtlievende)

In die jaren verkeerde Michelangelo in kringen van vooraanstaande geleerden en dichters.

Onder hun invloed maakte hij het beeldhouwwerk De centaurenstrijd

Het verhaal luidt als volgt:

“De Lapithen en de Centauren waren zeer vaak in burenruzies verwikkeld. Toch kwamen ze tot een vredesverdrag, waardoor de rust terugkeerde.
Toen de Lapithen de bruiloft van hun koning wilden vieren, nodigden ze de Centauren uit. Door overmatig wijngebruik kwamen de Centauren op dreef: ze vergrepen zich aan de Lapithenvrouwen en wilden de bruid, Hippodameia, ontvoeren. Er ontstond een hevige strijd tussen beide volkeren, die uiteindelijk beslecht werd in het voordeel van de Lapithen….” (Wikipedia, ingekort)

Bologna

Na de dood van Lorenzo de’ Medici kwam Florence in de greep van de monnik Girolamo Savonarola. Deze was fel gekant tegen alle pracht en praal en tegen de invloed van de klassieken. Hij bepaalde het culturele klimaat in de stad. In een grote brandstapel liet hij boeken, niet-godsdienstige schilderijen en luxe voorwerpen verbranden.

Michelangelo ontvluchtte zijn stad en vertrok naar Bologna. Daar trok hij voor een jaar in bij de adellijke Gianfrancesco Aldovrandi.
In Bologna schiep Michelangelo de
Engel met kandelaar
en de beelden van Sint Proculus
en Sint Petronius .

Eerste verblijf in Rome

Na een kortstondige terugkeer in Florence vertrok Michelangelo naar Rome.
Toen hij de stad binnen reed schrok hij. “Het stonk er naar de hopen afval. (…) De straten die zij volgden waren smal en de keien waren kapot. (…) Meer dan de helft van de huizen waar hij langs reed was uitgebrand. Geiten zwierven tussen de puinhopen. (…) De stad, die de bakermat was van het christendom, bleek een mesthoop en een vuilnisbelt te zijn.” (Irving Stone)

De antieke kunstschatten in Rome maakten veel goed. Deze oefenden een geweldige aantrekkingskracht op hem uit.
In Rome maakte hij zijn eerste Romeinse werken: zijn beeld van
Bacchus
en de beroemde Pietà

Pietà (detail).

Dit beeld maakte zeer veel indruk. Toen de troepen van Karel V Rome veroverden en alles kort en klein sloegen lieten zij dit beeld met rust.
Dat Maria er zo jeugdig uitzag verklaarde Michelangelo uit het feit dat zij maagd was; daardoor was zij minder snel verouderd, meende hij.

Terug in Florence

Toen Michelangelo 26 was keerde hij terug naar Florence. Daar trof hij een sterk verbeterd politiek klimaat aan. Er brak een vruchtbare periode aan voor Michelangelo waarin hij belangrijke opdrachten kreeg. De roem van de Pietà was ook tot Florence doorgedrongen.

De stad Florence gaf hem de opdracht uit een blok marmer van bijna zes meter hoog een standbeeld te maken van David als symbool van de republikeinse waarden moed en standvastigheid.

We zien David met een slinger over zijn schouder, klaar om de reus Goliath tegemoet te gaan.
David.

Dit beeld maakte een geweldige indruk op de inwoners van Florence. Zij noemden het ‘de reus’, en spraken van ‘de tijd vóór’ en ‘de tijd ná de reus’.

Voor een bevriend echtpaar maakte hij de doni tondo . In Florence was de ronde vorm voor de voorstelling van de Heilige Familie populair. Hier zien we de plastische vormen van Michelangelo’s schilderstijl.

Samen met Leonardo da Vinci werd hij gevraagd voor de uitvoering van twee grote muurschilderingen in het Palazzo Vecchio.
Leonardo wilde een schildering maken van De slag bij Anghiari .
Vanwege technische problemen heeft hij dit niet afgemaakt.

Michelangelo tekende de
Slag bij Cascina . Deze tekening maakte zeer veel indruk. Ook de schilder Perugino kwam kijken. Hij was uiterst verontwaardigd en noemde het ‘beestachtig’. “In mijn werk liggen verfijning, smaak, waardigheid…” zei hij. “Dit is liederlijkheid op elke vierkante centimeter!”
De jonge kunstenaars dachten daar anders over. Zij liepen weg bij Perugino om deze tekeningen na te tekenen. Perugino’s kunst vonden ze verouderd.
Michelangelo kon de schildering niet afmaken omdat hij door paus Julius II naar Rome werd geroepen.

Tweede verblijf in Rome

In 1505 werd Michelangelo door paus Julius II naar Rome gehaald om diens grafmonument te ontwerpen en uit te voeren.
“Michelangelo hoefde slechts de Porta del Populo binnen te komen om te zien en te ruiken dat er opvallende veranderingen hadden plaatsgegrepen. De straten waren schoongespoeld. Verscheidene van de stinkende forums waren bedekt met steenslag. Gapende muren en verlaten huizen waren neergehaald zodat de straten verbreed konden worden. De Via Ripetta was opnieuw geplaveid en de varkensmarkt was verwijderd van het Forum Romanum. Een aantal nieuwe gebouwen was in aanbouw.” (Irving Stone)

De Laocoöngroep

In 1506 werd het toentertijd beroemdste beeld uit de oudheid, de Laocoöngroep, opgegraven. Michelangelo was daarbij aanwezig. Deze beeldengroep was omstreeks 25 voor Christus door drie beeldhouwers op het eiland Rhodos vervaardigd. Het stelt de Trojaanse priester Laocoön en zijn twee zonen voor in een gevecht op leven en dood met een aantal grote zeeslangen. Apollo had deze op hen afgestuurd omdat Laocoön de Trojanen afraadde het houten paard de stad binnen te halen. “Ik vrees de Grieken ook als zij geschenken brengen!” Michelangelo was diep onder de indruk van het beeld. De kronkelende houding en expressieve uitdrukking van de drie mannelijke figuren had een grote invloed op zijn werk.

Het grafmonument van paus Julius zou veertig grote beelden moeten bevatten. Dat zou voor Michelangelo een levenswerk geweest zijn.
Dit project werd, met verscheidene onderbrekingen en aanpassingen, pas in 1545, 32 jaar na het overlijden van de paus, voltooid, op veel kleinere schaal.

Het Grafmonument van paus Julius II
Alleen de onderste drie beelden zijn door Michelangelo gemaakt. Het middelste van deze drie was de beroemde Mozes.

Mozes (ca 1516)

De uitvoering van dit grafmonument zou uiterst kostbaar zijn geweest. Dat geld had de paus nodig voor de bouw van de Sint Pieter.

Michelangelo kreeg de opdracht voor fresco’s op het plafond van de Sixtijnse Kapel in Rome. Hij protesteerde. “Ik ben beeldhouwer, geen frescoschilder!” zei hij. Dat was waar. Het enige dat hij van fresco schilderen wist had hij opgestoken in het ene jaar dat hij les kreeg van Ghirlandaio.

Het kan zijn dat paus Julius gehoord had van Michelangelo’s ‘Slag bij Cascina’. Hij achtte hem in ieder geval in staat deze opdracht uit te voeren. Hij kwam Michelangelo in zoverre tegemoet dat hij zelf het onderwerp mocht kiezen. Paus Julius had voorgesteld om de twaalf apostelen uit te beelden, en dat aan te vullen met geometrische figuren. Michelangelo vond dat een cosa povera (armzalig geval). Hij koos voor de onderwerpen: de zondvloed en het scheppingsverhaal. Die onderwerpen zouden hem, net als bij de Slag bij Cascina, in staat stellen zich toe te leggen op de menselijke gestalte.

We mogen aannemen dat ook theologen hun gedachten hebben laten gaan over deze onderwerpen. Tot nu toe gingen schilderingen over onderwerpen uit het Nieuwe Testament. De niet-geletterde mensen kenden deze onderwerpen. De uitbeelding daarvan herinnerde de mensen aan deze onderwerpen. Kort daarvoor was de eerste Italiaanse bijbelvertaling verschenen, zodat mensen geleidelijk ook met de verhalen uit het Oude Testament vertrouwd raakten. De afbeeldingen op het plafond van de Sixtijnse kapel zouden hen daaraan herinneren.

Nadat het plafond door de medewerkers was afgeschraapt en gereed gemaakt voor beschildering, en Michelangelo de eerste tekeningen gereed had, werd er met het werk begonnen. Dat was in het najaar van 1508. Ondanks zware regens, gevolgd door de ijzige kou van de transmontana, werd er hard gewerkt. In het begin waren er ernstige technische problemen. Een vriend van Michelangelo vond de oplossing hiervoor.

Vanaf de ingang van de kapel werd begonnen, en wel met De Zondvloed.
Dit verhaal herinnerde hem waarschijnlijk aan de preken van Savonarola. Deze waarschuwde in zijn preken vaak voor een komende zondvloed.

De dronkenschap van Noach

( Verhaal van de dronkenschap van Noach )

De zondvloed

( Verhaal van de zondvloed )

Het offer van Noach

( Verhaal van het offer van Noach )

De zondeval

( Verhaal van de zondeval )

De schepping van Eva

( Verhaal van de schepping van Eva )

De schepping van Adam

( Zeven-dagen-verhaal van de schepping)

De schepping van Adam is de beroemdste afbeelding in de Sixtijnse kapel. De liggende Adam wordt tot leven gewekt door een lichte aanraking van de top van Gods wijsvinger. Dit beeld is misschien geïnspireerd door de hymne ‘Veni Creator Spiritus’ (‘Kom scheppende Geest’. )

De scheiding van water en land

De schepping van de zon, de maan en de planeten

De scheiding van donker en licht

De sibillen

In de Middeleeuwen kregen de Sibillen een vaste plaats in de Christelijke kunst. Zij zouden de komst van Christus hebben voorspeld.

De Delphische Sibille

De Delphische Sibille zou het verraad van Christus, de bespotting door de soldaten en de doornenkroon hebben voorspeld.

Sibille van Cumae

De Sibille van Cumae was de belangrijkste profetes van de oude Romeinen. Zij voorspelde dat er een kind geboren zou worden dat de wereld vrede zou brengen, en de terugkeer van een gouden eeuw zou bewerkstelligen. Augustinus en andere theologen gaven aan deze profetie een christelijke draai.

Op 15 augustus 1510 (Maria Hemelvaart) werd het eerste gedeelte van de schilderingen plechtig getoond. Alle mensen waren volkomen verbluft ‘door de nieuwe, opzienbarende manier van schilderen’.
Vasari schreef: “Ieder detail is een reflectie van Michelangelo’s genialiteit, en ieder onderdeel is zichtbaar geïnspireerd en boven alle lof verheven.”

Ook Rafaël was onder de indruk. Hij was er zich van bewust dat zijn kunst de apotheose was van de kunst van Perugino, Ghirlandaio en Leonardo, maar dat Michelangelo’s werk in de Sixtijnse kapel een heel nieuwe richting betekende.
Hij zou graag het tweede gedeelte gedaan hebben. Dat zou door heel wat meer mensen gezien worden dan de fresco’s die hij in de pauselijke vertrekken schilderde.

Desiderius Erasmus uit Rotterdam ging in 1509 naar Rome om door de paus gedispenseerd te worden van de schandvlek van een onwettige geboorte. Die dispensatie kreeg hij. Maar verder had hij weinig positiefs over Rome mee te delen.
In zeven dagen schreef hij er een boek over. “De Lof der Zotheid’, een vernietigende satire over verdorven hovelingen, smerige en domme monniken, inhalige kardinalen, aanmatigende theologen, langdradige predikers en geschifte profeten die beweerden in de toekomst te kunnen zien, was in elk geval voor een deel gericht tegen de cultuur die bestond in het Rome van Julius II en diens kardinalen.” (King Ross)

Het Laatste Oordeel 1536 -1541

Paus Paulus III gaf Michelangelo de opdracht de altaarwand van de Sixtijnse kapel te beschilderen met Het Laatste Oordeel. Dit adembenemende schouwspel werd voornamelijk geïnspireerd door de hymne ‘Dies irae’ (Dag van toorn) en door Dantes inferno. Michelangelo had dit zo vaak gelezen dat hij het bijna van buiten kende.
Michelangelo besloot het geheel zelf te doen, zonder hulp van assistenten.

Toen het gereed was vonden velen het vele naakt in deze gewijde omgeving ongepast. Na het overlijden van Michelangelo werden de naakte figuren van lendedoeken voorzien.

Het Laatste Oordeel (detail)

Christus als opperrechter

In het onderste gedeelte schilderde Michelangelo de verdoemden die naar de hel werden gesleurd.

Het Laatste Oordeel (Een verdoemde)


  1. ad    May 22, 03:49 PM    #

  2. anje    Jun 1, 08:47 PM    #

Op dit artikel kan niet gereageerd worden.