Go to content Go to navigation Go to search

Frans Hals 1582/83 - 1666 · Mar 7, 10:46 AM by Ad van den Ende

Frans Hals geldt als één van de belangrijkste Europese schilders. Hij werkte zijn hele leven in Haarlem Hij werd vooral bekend door zijn levendige en kleurrijke schuttersstukken en portretten.

Leven
Frans Hals is geboren in Antwerpen. In 1585 veroverden de Spanjaarden – onder de hertog van Parma – Antwerpen. Voorwaarde voor de overgave was dat degenen, die dat wilden, de stad mochten verlaten. Vader Hals en het hele gezin maakten daar gebruik van en vluchtten naar Haarlem. Daar was een bloeiende laken-industrie.

Vlucht uit Antwerpen

In Holland was er een gegoede burgerij die rijk was geworden door handel en scheepvaart. Zij hadden echter niet veel mogelijkheden om hun geld te beleggen Velen kozen er voor hun geld te beleggen in kunst, maar dan wel in kunst die hen aansprak: landschap, portret en het dagelijks leven.
Door de grote toeloop van mensen uit Vlaanderen konden de boeren goede prijzen maken voor hun producten.De mogelijkheden om hun geld te beleggen waren ook voor hen echter niet groot; zij konden er bijvoorbeeld geen land bij kopen. Ook zij gingen er toe over om geld te beleggen in kunst.

In 1640 bezocht de Engelsman Peter Mundy Amsterdam. Hij was verbaasd dat zoveel mensen dure schilderijen in huis hadden hangen, ‘vooral in de voorkamer’. Hij zag dat bakkers en slagers ze in hun winkel hadden hangen. Zelfs smeden hingen schilderijen in hun smidse, en schoenlappers in hun werkplaats.

Door de grote toestroom uit het zuiden was er onvoldoende werkgelegenheid. Omdat er in de kunst geld viel te verdienen kozen duizenden voor het schildersvak. Frans Hals had vijftien kinderen: vier of vijf zonen heeft hij tot schilder opgeleid. Hij had ook twee broers die schilder waren.

Schilderij van Dirck Hals, een broer van Frans

Van genreschilderij naar portret

Frans was waarschijnlijk een leerling van Carel van Mander. In 1610 werd hij lid van het Sint-Lucasgilde en vanaf dat moment mocht hij ook leerling-schilders in dienst nemen.

Zijn vroegst gedateerde werk is uit 1611 maar hij moet al veel eerder volleerd zijn geweest. Het is een raadsel waarom er geen eerder werk van hem is bewaard gebleven. Misschien is er veel verloren gegaan, of reisde hij veel. Hij stond bekend om zijn ‘lustich leven’.

Waarschijnlijk schilderde hij in 1611 een schilderij “Over het gewone leven”,een zogenaamd ‘genreschilderij’:

De Carnavalsvierders

“De compositie is gewrongen, er is een overmaat aan details, de kleuren zijn schreeuwend, en de dikke verf in de blozende gezichten is nog ver verwijderd van de latere lichtere toets van de meester. Toch is het wezen van zijn kracht en vitaliteit al in dit werk aanwezig.(…)

Onder de handen van Hals werd genre schilderen een soort portret schilderen, maar dan met een vrijer, stoutmoediger en meer onthullend karakter dan dat van de in opdracht uitgevoerde portretten van die tijd.In deze werken trok hij zich niets aan van de gewoontes in de officiële portret-schilderkunst. Vóór Hals had geen schilder ooit de gewone mensen met hetzelfde sympathieke gevoel en liefde voor een onvervalste uitdrukking van levensvreugde benaderd. Hals slaagde er in de vitaliteit en spontaniteit die hij in zijn genreschilderijen ten toon spreidde te introduceren in zijn in opdracht uitgevoerde portretten.” (Seymour Slive)

Catherina Hooft en haar verzorgster

De verzorgster biedt het kind een appeltje aan. Het is alsof ze op dat moment gestoord worden omdat de schilder binnenkomt. Steeds probeert Frans Hals het te doen voorkomen alsof hij een moment uit het dagelijks leven weergeeft.
Catherina is van zeer hoge komaf. Zij zou later trouwen met een burgemeester van Amsterdam.

Portret van een vrolijk lachend stel 1622

“Een vrolijk lachend stel, dat vertrouwd dicht bij elkaar zit. Het was in die tijd ongewoon om zo samen te poseren. De vriendschap met de schilder en de feestelijke aanleiding voor het portret – het stel trouwde in
april 1622 – maakten dit mogelijk. Het schilderij vertelt dan ook over liefde en trouw, met een liefdestuin rechts en een distel met de bijnaam ‘mannentrouw’ links.” (Rijksmuseum)

Liefdestuin rechts op de achtergrond. De fontein is het symbol van vruchbaarheid. De pauwen zijn de vaste attributen van de liefdesgodin Juno.

1635 Lucas de Clerq

“Als geen ander wist Frans Hals mensen levendig, vol karakter in beeld te brengen. Op dit portret staat de Haarlemse koopman Lucas de Clercq met de linkerarm in de zij en de rechter voor de buik. Hij houdt zijn handen verborgen en stil. Toch komt de man heel vitaal over door de beweeglijke contour van zijn lichaam en zijn gedraaide hoofd.” (Tekst Rijksmuseum)

1635 Portret van Feyntje van Steenkiste

“Dit portret hoort bij dat van haar echtgenoot Lucas de Clercq. Het was de gewoonte om echtgenoten apart af te beelden, hij links, zij rechts, naar elkaar toe gewend. Het licht liet men bijna altijd van links vallen, zodat het gezicht van de vrouw gelijkmatig werd belicht, terwijl over dat van de man markante slagschaduwen speelden. Hals gaf de vrouw – zoals gebruikelijk was – een rustigere pose.” (Tekst Rijksmuseum)

1635 Portret van een man

“De man zit scheef op zijn stoel, zijn arm rust op de rugleuning. Het is alsof hij zich zojuist met een ruk heeft omgedraaid om een onverwachte bezoeker beter te kunnen zien. Zijn rechterhand past nog maar net op het doek. De schilderstijl is vrij en losjes; de verfstreken zijn afzonderlijk te zien. Het is een – voor die tijd – ongewoon informeel portret.” (Tekst Rijksmuseum)

1635 Portret van een vrouw

“Naast het dynamische mansportret maakt dat van zijn echtgenote een wat formelere indruk. De houding is traditioneel, het bovenlichaam iets naar links gewend. Ze kijkt ons recht aan, met licht geopende mond, alsof ze op het punt staat te gaan spreken. Het gezicht is in veel dunnere verf geschilderd dan dat van de man; zo wordt prachtig de zachtere vrouwenhuid gesuggereerd.” (Tekst Rijksmuseum)

1639 Portret van Maritge Vooght

“Frans Hals schilderde een groot aantal fraaie portretten van de Haarlemse hogere klasse; kennelijk voldeed hij aan alle eisen van zijn voorname opdrachtgevers. Maritge Vooght, echtgenote van burgemeester Pieter Olycan, poseert hier in een traditionele houding, fier rechtop, de toeschouwer recht aankijkend. Aan de linkerkant vermeldde Frans Hals haar leeftijd: 62 jaar. Haar wapen daarboven werd later door een andere
hand toegevoegd.” (Tekst Rijksmuseum)

Portret van Jasper Schade

Jasper is van hoge komaf, en daar is hij zich zeer goed van bewust. Hij kijkt op de mensen neer. Dat maakt Frans Hals hier heel goed duidelijk. Jasper hield ook van mooie kleren. Een neef van hem werd door diens vader gewaarschuwd niet zoveel geld aan kleren uit te geven als Jasper deed.
Met zigzaglijnen op mouw en voorkant van het jasje geeft Frans Hals heel effectief het spel van het zonlicht op het zijden jasje weer.

De lachende cavalier

Ook hij kijkt op ons neer, maar met een heel wat vriendelijker gezicht.

Pieter van den Broecke, 1633

Hier “zien wij een van de prachtige portretten die Hals en zijn gezin zo weinig opbrachten. Vergeleken met vroegere portretten ziet het er bijna uit als een momentopname. Wij schijnen deze Pieter van den Broecke, een echt avontuurlijke koopman uit de zeventiende eeuw, te kennen. (…) De portretten van Frans Hals geven ons (…) de indruk dat de schilder zijn model op een typisch moment heeft ‘genomen’, en dit voor altijd op het doek heeft vastgelegd. Wij kunnen ons moeilijk voorstellen hoe stoutmoedig en onconventioneel deze schilderijen het publiek moeten zijn voorgekomen. Juist de manier, waarop Hals verf en penseel hanteerde, wijst er op dat hij een voorbijgaande indruk snel wist te grijpen.” (E.H.Gombrich)

Het zigeunermeisje 1628/30

Hals’ losse penseeltoetsen geven dit portret een zeer levendig effect.

Malle Babbe 1633/35

De uil symboliseert hier waarschijnlijk dronkenschap.

Lachende jongen

Vóór Frans Hals werden portretten heel nauwkeurig uitgewerkt. Daarentegen schildert Frans Hals snel; zijn penseelstreken zijn heel los. Dat zien we goed in dit portret van een jongen.
Het is goed denkbaar dat Rembrandt door Hals is beïnvloed. Dat zien we met name in diens portret van Jan Six

Groepsportretten

Hals’ groepsportrettenvormen de apotheose νan het collectieve portret.
Frans Hals heeft als eerste νolledig bezit genomen van de ruimte. De zware opgaνe, die de schilders van het groepsportret zich zagen gesteld, loste Hals met gemak op. “Hals bracht het absolute eνenwicht tot stand tussen licht, ruimte, mens en stof.”
(H.P.Baard, ’Frans Hals’, Haarlem, 1962)

Schutterijen

“Iedere Noord-Nederandse stad had een of meer schutterijen. De schutters bewaakten de stad en handhaafden de orde; ze liepen wacht, traden op als oproerpolitie, luisterden ceremoniële evenementen op en assisteerden in tijden van nood aan het front. Schutters waren verenigd in gilden die genoemd waren naar het wapen dat gehanteerd werd: de voetboog, handboog of klover – een bepaald type vuurwapen- . Ieder schuttersgilde kwam bijeen in zijn verenigingsgebouw, de ’doelen’.” (Judikje Kiers en Fieke Tissink)

Op vroege schuttersstukken zijn de leden naast en boven elkaar afgebeeld. Zo’n schuttersstuk was eigenlijk een verzameling losse portretten.Later ging men er toe over de schutters rond een tafel te groeperen. Zo bracht men meer samenhang in het geheel. Dit zien we voor het eerst in de ‘Braspenningmaaltijd’ van Cornelis Anthonisz, geschilderd in 1533.

‘Braspenningmaaltijd’

De mannen zijn aan drie kanten om een tafel geplaatst. Ook hier zien we nog een vrij primitieve reeks van afzonderlijke portretten.
Na het midden van de zestiende eeuw gingen de schilders over tot een vrijere rangschikking binnen een meer natuurlijke ruimtelijke compositie.

In ‘Het banket van de oficieren van de St. Joris schutterij’ van 1599 liet Cornelis van Haarlem de oude traditie varen om de officieren in rijen te rangschikken.

‘Het banket van de officieren van de St. Joris schutterij’

Hij koos voor een piramide-achtige compositie Er is minder overlapping en ook minder beweging. Nu geen braspartij, maar kalmte en rust. De officieren lijken wel erg veel op elkaar, alsof het leden zijn van dezelfde familie!

De ‘St.Joris Schuttersgilde‘ van Frans Hals uit 1616 heeft overeenkomsten met dit werk van Cornelis van Haarlem.

St.Joris Schuttersgilde

Ook hier zien we bijvoorbeeld drie staande mannen rechts, en zien we een symmetrische rangschikking. Maar het is Hals die er in slaagt alle leden van de groep tot één geheel te verenigen. Zijn (…) “schildertechniek heeft nog niet de vrijheid bereikt die Hals in het daaropvolgende decennium zou realiseren; maar in verschillende onderdelen – met name in de gezichten, de handen, de kragen en het stilleven op de tafel – begint Hals’ losse penseelvoering zich te manifesteren. Onder de kleuren overheerst een donkere, warme harmonie van zwart, rood, geel en wit, die enigszins doet denken aan het Venetiaanse schilderen.” (Seymour Slive)

In 1633 begon hij aan een schilderij voor de Amsterdamse kruisboogschutters. Hij weigerde echter het in zijn geheel in Amsterdam te schilderen. Voor de afwerking moest men maar naar Haarlem komen. Dat werd geweigerd. Pieter Codde moest het werk afmaken. Omdat de schutters er zo ‘mager’ uit zagen werd dit schilderij schamper de ‘Magere compagnie’ genoemd.

De Magere compagnie

Frans Hals schilderde de gezichten, én de figuur geheel links. Vincent van Gogh zou van hem enorm genieten.

“Deze week ben ik in Amsterdam geweest; ik heb er haast geen tijd gehad οm iets anders te zίen dan ‘t museum; ik was er 3 dagen, Dinsdag gegaan, Dοnderdag terug.
Ik weet niet of ge u herinnert dat links van de Nachtwacht, dus als pendant van de Staalmeesteτs, een schilderij hangt (mίj was ’t tot heden onbekend) een schilderij van Frans Hals en P. Codde, een twintigtal officieren ten voeten uit. Hebt ge daarop gelet??? ’t is anders op zichzelf – vooral voor een colorist – alleen voor dat schilderij de reis naar Amsterdam wel waard. Daar is een figuur op, het figuur van den vaandrig, geheel in den linkerhoek tegen de lijst vlak aan –dat figuur is van top tot teen in grijs, laat ik ’t noemen parelgrijs – van een eigenaardig neutralen toon, denkelijk verkregen met oranje en blauw zoo gemengd dat ze elkaar neutraliseren – door dien grondtoon te varieeren op zichzelνen, door ‘t hier wat lichter te maken, daar wat dοnkerder, is met eenzelfde grijs als ‘t ware ‘t heele figuur geschilderd.

De vaandrig

(…) dίe οranje blanje bleu vent ίn den linker hοek… ik heb zelden goddelίjk mοοier figuur gezien. Het ίs ίets eenίgs. Delacrοix zοu er mee gedweept hebben – maar gedweept tot in ‘t oneίndige. Ik stοnd er νan geworteld οp de plek letterlijk.” (Vincent van Gogh, Brief aan zijn brοer Theo, Amsterdam, οktοber 1885.

Maaltijd van de officieren van de Cloveniers ca 1627

Ook hier slaagt Hals er uitstekend in de levendige sfeer over te brengen. Iedere officier is apart geschilderd maar past toch goed in het geheel.

De Regentessen van het Oude Mannenhuis te Haarlem

“Men ziet veelal als het meesterstuk van Frans Hals het groepsportret van de ‘Regentessen van het Oude Mannenhuis te Haarlem’, welk hij schilderde op een leeftijd van bijna tachtig jaar. De penseelvoering van dit werk bereikt in zijn onfeilbaarheid een graad van het impressionisme, die weliswaar de twijfel verwekte of het schilderij wel geheel af was.

Regentes

De absolute, pijnlijke waarheid van deze oude damesgezichtjes, verwelkt, geborneerd, maar zeker niet levenloos, vergeet men niet licht.” (Johan Huizinga, Jena 1933)

Op dit artikel kan niet gereageerd worden.