De Grieken doen een schijnaanval · 5198 dagen geleden by Ad van den Ende
[1.2.14] ἐντεῦθεν ἐξελαύνει σταθμοὺς δύο
Vandaar marcheert hij twee dagmarsen,
παρασάγγας δέκα εἰς Τυριάειον,
tien uren gaans, naar Tyriaeon,
πόλιν οἰκουμένην. ἐνταῦθα ἔμεινεν ἡμέρας τρεῖς.
een volkrijke stad. Daar bleef hij drie dagen.
καὶ λέγεται 3 δεηθῆναι 4
En er wordt gezegd dat ze gevraagd heeft,
ἡ Κίλισσα
de Kilicische (koningin)
Κύρου ἐπιδεῖξαι 5 τὸ στράτευμα αὐτῇ·
aan Kyros te laten zien het leger aan haar.
3. λέγω = meedelen, zeggen; verzamelen, kiezen
4. δεομαι = verzoeken, nodig hebben
5. ἐπιδεῖκνυμι = (van zichzelf) tonen; pronken met
βουλόμενος οὖν ἐπιδεῖξαι
Omdat hij (het) dus wil laten zien
ἐξέτασιν ποιεῖται
houdt hij een troepeninspectie
ἐν τῷ πεδίῳ τῶν Ἑλλήνων καὶ τῶν βαρβάρων.
in de vlakte van de Grieken en de Perzen.
[1.2.15] ἐκέλευσε 1 δὲ τοὺς Ἕλληνας
Hij beval de Grieken,
ὡς νόμος 2 αὐτοῖς εἰς μάχην
zoals het ‘t gebruik was voor hen voor de strijd
οὕτω ταχθῆναι καὶ στῆναι,
zich zo op te stellen en te (blijven) staan,
συντάξαι δ᾽ ἕκαστον τοὺς ἑαυτοῦ.
en dat elke (aanvoerder) zijn eigen mannen opstelde.
ἐτάχθησαν οὖν ἐπὶ τεττάρων·
Zij werden dus opgesteld, vier man diep.
1. κέλευω = zeggen dat iets moet: bevelen, aanraden
2. νόμος = gewoonte; wet
εἶχε δὲ τὸ μὲν δεξιὸν Μένων
De rechter (vleugel) hadden Menoon
καὶ οἱ σὺν αὐτῷ,
en zijn mede-aanvoerders,
τὸ δὲ εὐώνυμον Κλέαρχος
de linker vleugel (hadden) Klearchos
καὶ οἱ ἐκείνου,
en zijn mede-aanvoerders,
τὸ δὲ μέσον οἱ ἄλλοι στρατηγοί.
het midden (hadden) de andere aanvoerders.
[1.2.16] ἐθεώρει 3 οὖν ὁ Κῦρος
Kyros inspecteerde
πρῶτον μὲν τοὺς βαρβάρους·
eerst de Perzen.
οἱ δὲ παρήλαυνον 4
Zij marcheerden voorbij,
τεταγμένοι κατὰ ἴλας καὶ κατὰ τάξεις·
opgesteld in eskadrons en compagnieën.
3. θεώρεω = (be)schouwen
4. ἐλαυνω = drijven; marcheren, rijden, varen
εἶτα δὲ τοὺς Ἕλληνας,
Vervolgens (inspecteerde hij) de Grieken,
παρελαύνων ἐφ᾽ ἅρματος
voorbij rijdend op een open wagen;
καὶ ἡ Κίλισσα ἐφ᾽ ἁρμαμάξης.
en de Kilicische (reed) in een gesloten wagen.
εἶχον δὲ πάντες κράνη χαλκᾶ
Allen hadden bronzen helmen
καὶ χιτῶνας φοινικοῦς
en purperrode rokken
καὶ κνημῖδας καὶ τὰς ἀσπίδας ἐκκεκαλυμμένας.
en scheenplaten en de schilden zonder overtrek.
[1.2.17] ἐπειδὴ δὲ πάντας παρήλασε,
Nadat hij allen voorbijgereden was,
στήσας τὸ ἅρμα
en zijn wagen stil had laten houden
πρὸ τῆς φάλαγγος μέσης,
voor het midden van de slaglinie,
πέμψας Πίγρητα τὸν ἑρμηνέα
en gezonden had Pigres, zijn tolk,
παρὰ τοὺς στρατηγοὺς τῶν Ἑλλήνων
naar de aanvoerders van de Grieken,
ἐκέλευσε προβαλλέσθαι τὰ ὅπλα1
beval hij de wapens te presenteren
καὶ ἐπιχωρῆσαι ὅλην τὴν φάλαγγα.
en dat heel de falanx een aanval uit zou voeren.
οἱ δὲ ταῦτα προεῖπον 2 τοῖς στρατιώταις·
Dezen gaven dat bevel door aan de soldaten.
καὶ ἐπεὶ ἐσάλπιγξε,
En toen het trompetsignaal klonk,
προβαλόμενοι τὰ ὅπλα ἐπῇσαν.
de wapens voor zich uit stekend, trokken ze op.
ἐκ δὲ τούτου θᾶττον προϊόντων
Daarna sneller vooruitgaand,
σὺν κραυγῇ,
onder (het aanheffen van) krijgsgeschreeuw,
ἀπὸ τοῦ αὐτομάτου δρόμος ἐγένετο
werd het vanzelf een ren
1. προβαλλέσθαι τὰ ὅπλα = de wapens in gevechtshouding brengen
2. προλεγω = openlijk bekend maken; gelasten
τοῖς στρατιώταις ἐπὶ τὰς σκηνάς,
voor de soldaten richting de tenten.
[1.2.18] τῶν δὲ βαρβάρων φόβος πολύς,
Onder de Perzen was de angst groot,
καὶ ἥ τε Κίλισσα ἔφυγεν 1 ἐπὶ τῆς ἁρμαμάξης
en de Kilicische vluchtte in haar gesloten wagen
καὶ οἱ ἐκ τῆς ἀγορᾶς καταλιπόντες 2
en die van de markt, in de steek gelaten hebbend
τὰ ὤνια ἔφυγον.
hun waren, vluchtten.
οἱ δὲ Ἕλληνες σὺν γέλωτι ἐπὶ τὰς σκηνὰς ἦλθον 3.
Maar de Grieken gingen onder gelach naar de tenten.
ἡ δὲ Κίλισσα ἰδοῦσα τὴν λαμπρότητα
De Kilicische, gezien hebbend de schittering
καὶ τὴν τάξιν τοῦ στρατεύματος ἐθαύμασε 4.
en de discipline van het leger, was vol bewondering.
1. φευγω = vluchten, ontkomen
2. λειπω = verlaten; achterlaten
3. ἐρχομαι = gaan; komen
4. θαύμαζω = bewonderen; zich verwonderen
Κῦρος δὲ ἥσθη
Maar Kyros genoot er van
τὸν ἐκ τῶν Ἑλλήνων εἰς τοὺς βαρβάρους φόβον ἰδών.
toen hij zag dat de Grieken de Perzen zo’n vrees (aanjoegen).
(Letterlijk: ziende de vrees vanwege de Grieken
richting de barbaren.)
Kyros stuurt de Kilicische vorstin naar huis,
waarschijnlijk om haar echtgenoot gunstig te stemmen
voor een vrije doortocht. Deze laat het leger inderdaad
ongehinderd door Kilicië trekken. Hij geeft bovendien soldij
voor de troepen; Kyros beantwoordt dat gebaar met geschenken.